Kaj (29) woont in Amsterdam-West. Hij schrijft gedichten en heeft een zwak voor het werk van de Perzische dichter en soefi-meester Rumi. “Psychosegevoelig, ADHD, verslaving, borderline. Zomaar wat labels die ik heb verzameld. Ik heb lang gedacht dat er iets fundamenteel mis met me was, maar zie nu dat die ‘disfuncties’ samenhangen met mijn jeugdtrauma.”
“Ik ben geboren en getogen in Amsterdam. Toen ik jong was, is mijn vader dood aangespoeld. Misschien was hij dronken in het water gevallen of was het zelfmoord. Mijn moeder en ik woonden samen. Zij heeft een trauma geërfd van haar moeder, die keihard en narcistisch was. Mijn moeder voelde zich niet welkom op de wereld en cijferde zichzelf vaak weg. Ondertussen koesterde ze veel wrok. Had ze te veel gegeven, dan kon ze zomaar omslaan. Ze werd dan woedend en sloeg om zich heen. Heel onveilig voor mij. Daardoor was ik altijd op mijn hoede. Ik kon er met niemand over praten en voelde me gevangen. Op mijn tiende had ik al suïcidale gedachten.”
Verbinding en authenticiteit
“Volgens traumaspecialist Gabor Maté heeft iedereen twee fundamentele behoeften: verbinding en authenticiteit – de ruimte om jezelf te kunnen zijn. Ben je authentiek, dan weet je wat je behoeften zijn en kun je die communiceren. Voor een kind is verbinding belangrijker dan authenticiteit; het sterft als het verlaten wordt. Is die verbinding niet vanzelfsprekend, zoals in mijn geval, dan ga je je authenticiteit inleveren om de verbinding te waarborgen. Je past je aan, waardoor je van jezelf vervreemdt.
Ik deed als kind alles om mijn moeder blij te houden. De ene keer was ik het vrolijke kind, de andere keer de therapeut. Ik werd een sociale kameleon. Ik durfde niet mezelf te zijn en te zeggen wat ik wilde. De keren dat ik dat wél deed, interpreteerde ze dat als een verwijt: ‘Wát? Ik offer toch alles op voor jou?’ Ik kreeg het gevoel dat ik niet welkom was. Mijn leven draait om alle manieren die ik heb aangeleerd om met die innerlijke pijn om te gaan.”
Demon
“Nog steeds voel ik me vaak onveilig. Nadat ik mijn koksopleiding had afgerond, begon ik in een vegetarisch restaurant. Ik deed ontzettend mijn best in de groep. Hypersociaal werd ik – en maar gezellig doen. Om mezelf te kalmeren dronk en blowde ik. Bij mijn tweede baan, in de keuken van een boeddhistisch retraitecentrum, ontmoette ik iemand met wie ik een stabiele relatie had. Op een gegeven moment wilde zij een open relatie. Ergens voelde dat niet oké, maar ik ging erin mee uit angst haar te verliezen. Uiteindelijk verliet ze me voor een ander.
Ik zoek nu geen nieuwe relatie, maar ben vooral bezig mijn leven weer op te bouwen. Tweeënhalf jaar geleden heb ik voor de tweede keer een psychose gehad, waarvoor ik in de kliniek in Oud-West zat. Waarom ik psychotisch werd, weet ik niet goed. In ieder geval was deze psychose donkerder dan mijn eerste. Ik zag mezelf als een demon die de wereld had verwoest. Een helse nachtmerrie was het, absolute terreur. Toen ik een boormachine hoorde, dacht ik dat iemand door mijn brainwaves gek was geworden en in zichzelf aan het zagen was.
Ik slik antipsychotica en ben onder meer behandeld voor mijn cannabis- en alcoholverslaving. De artsen richten zich op symptoombestrijding, terwijl ze zouden moeten kijken naar een dieperliggend probleem: mijn trauma. Ik mis veiligheid en emotionele intimiteit en struggle met mijn innerlijke pijn. Mijn gedrag is daar een reactie op.”
Interne Familie Systemen
“Als kind vluchtte ik in mijn fantasie en ontwikkelde ik ADHD. Door mijn ADHD heb ik twee studies afgebroken. Om mijn gevoel te ontlopen, ben ik veel gaan lezen en werd ik hyperintellectueel. Als tiener raakte ik verslaafd aan blowen en later aan drinken. Wie onvervulde behoeften heeft, gaat op zoek naar surrogaten. Volgens de artsen is mijn verslaving een ziekte. Ik zie dat anders: mijn verslaving is een symptoom van mijn trauma. Om mij beter te voelen, moet dit trauma worden opgelost. Ik werk daar hard aan.
Sinds enkele jaren ben ik met compassie en zelfs dankbaarheid naar mijn innerlijke pijn gaan kijken. Dit komt door IFS, Interne Familie Systemen. Deze therapievorm veronderstelt dat iedereen meerdere delen heeft, subpersoonlijkheden. Je hebt bijvoorbeeld de innerlijke criticus en een subpersoonlijkheid die je helpt om pijn te vermijden of daarmee om te gaan. Volgens mijn IFS-therapeut hebben alle delen de beste intenties en heeft elk mens een kern van liefde en compassie, ongeacht hoe getraumatiseerd je bent en zelfs als je geen goede voorbeelden hebt gehad.
Bij IFS maak je als een innerlijke diplomaat met compassie contact met innerlijke delen. Zit ik bijvoorbeeld heel serieus te mediteren, dan signaleer ik dat en zeg ik: ‘Je bent perfectionistisch bezig. Dank je wel dat je zo je best voor me doet, maar dat hoeft niet. Laat maar los.’ De perfectionist in mij voelt zich dan gezien en trekt zich terug, waardoor ik ontspannen kan mediteren. Uiteindelijk streef je naar harmonie tussen ál je innerlijke delen.”
Community
“Ik zit ook bij een fijne herstelgroep: Recovery Dharma. We praten over verslaving in relatie tot boeddhistische principes. Boeddhisten erkennen dat iedereen anders met pijn omgaat en vinden dat dit gedrag niét definieert wie je bent. Net als bij IFS geloven boeddhisten dat elk mens een liefdevolle kern heeft, maar dat je daarvan verwijderd kan raken. Meditatie helpt om dichter bij die kern te komen. Ik mediteer dagelijks twee keer. Ik merk dat ik steeds meer mezelf word en beter weet wat ik nodig heb.
Via een hulporganisatie woon ik in Amsterdam-West. Ik bel mijn moeder soms en heb een ambulant zorgteam om me heen. Door mijn contact met de ervaringsdeskundige van dit team weet ik dat ik dit ook wil worden. Verder wil ik weer muziek gaan maken en gedichten blijven schrijven. Mijn voorbeeld is de Perzische dichter en soefi-meester Rumi.
Ik zou het liefst in een community wonen. Ik kan prima alleen chillen in het park, maar mis in Amsterdam soms de verbinding. Om mijn vriendenkring uit te breiden, heb ik me aangesloten bij een meditatie- en mindfulnessgroep. Ik kan babbelen met de buren, maar ik verlang naar meer emotionele intimiteit.”